De plantensoorten die tot deze familie horen kunnen heel verschillend zijn van fijne, tere kruiden tot flinke struiken. Maar op grond van moleculairbiologisch onderzoek blijken deze evolutionair nauw verwant te zijn.
De bomen uit deze familie zijn éénhuizig. De mannelijk bloeiende bloeiwijzen zijn soms katjesvormig, of bestaan uit langgerekte bloeiwijzen die aan dezelfde bomen te vinden zijn als de vrouwelijke bloeiwijzen.
Een kenmerk dat de plantensoorten uit de Amarantenfamilie gemeenschappelijk hebben, is de vijftalligheid van de bloemen. Maar een duidelijk onderscheid tussen kroonbladen en kelkbladen mis je bij deze plantensoorten.
In de Lisdoddefamilie is tegenwoordig de Egelskopfamilie opgenomen. Het gaat om kruidachtige moeras- of waterplanten met ondergrondse wortelstokken. De bladeren zijn lijnvormig.
De enkelvoudige bladeren van deze kruiden staan in kransen om de stengels. De regelmatige bloemen zijn tweeslachtig. Meestal zijn ze viertallig soms vijftallig en evenzovele meeldraden staan op de vergroeide bloemkroon ingeplant tussen de bloemkroonslippen.
Deze kleine familie omvat kruidachtige windende planten, het geslacht Convolvulus, en een aantal parasitaire eveneens windende planten, het geslacht Warkruid.