In onze bossen vallen in het voorjaar de hemelsblauwe bloemen tussen de donkergroene ovale bladeren van de Kleine maagdenpalm, Vinca minor, tijdens de bloei direct in het oog. De bloemen hebben vergroeide kroonbladen en zijn tot zo'n drie cm in doorsnede.
Reis mee door onze flora. Laat in de lente en in de vroege voorzomer van eind mei tot en met juli bloeit de Grote klaproos uit de Papaverfamilie. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Ranonkelachtigen.
Witte els is een elzensoort die normaal bij ons niet voorkomt. Maar vooral in bewoonde gebied, als laanboom of in parken, kunnen we de soort aantreffen. Witte Els bloeit vaak al iets eerder dan de Zwarte els. Soms zelfs al in de laatste week van december.
Een reis door onze plantenfamilies. Wijfjesvaren (SL0119) is een vrij grote tot 1,20 m hoge rozetvormige varen uit de Wijfjesvarenfamilie. Soms worden exemplaren van 1,5 m gevonden.
Reis mee door onze flora. Vooral in beschaduwde bosranden en in bossen op rijkere bodem kun je de ijle pluimen vinden van Schaduwgras (SL0956) uit de Grassenfamilie. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Grasachtigen.
Reis mee door onze flora. Een één- of tweejarig gras dat aan getroffen kan worden in niet-bemeste Roggeakkers is Grote windhalm (SL0073) uit de Grassenfamilie. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Grasachtigen.
Reis mee door onze plantenfamilies. Een bosplant die thuis is op oudere, tamelijk vochtige, niet al te zure en voedselarme grond is de Ruige veldbies (SL0770) uit de Russenfamilie . Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Grasachtigen.
Reis mee door onze flora. Een van onze opvallende pluimgrassen is Glanshaver (SL0096) uit de Grassenfamilie. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Grasachtigen.
Reis mee door onze flora. Kruidvlier uit de Muskuskruidfamilie. Deze zeldzame soort tref je aan op hellingen van dijken en in bermen in het rivierengebied en ook in de bossen van Zuid-Limburg.