Reis mee door onze flora. Goudzuring (SL1100) uit de Duizendknoopfamilie is te herkennen als een echte pioniersoort die na de bloei opvalt door de goudgele vruchten. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Anjerachtigen.
Reis mee door onze flora. IJle dravik (SL0165) uit de Grassenfamilie is een eenjarig, tamelijk hoog gras dat in allerlei ruige wegbermen te vinden is. Het is te herkennen aan de ijle, sterk open halmen waar, aan lange pluimtakken, de aartjes staan. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Grasachtigen.
Reis mee door onze flora. Vooral in beschaduwde bosranden en in bossen op rijkere bodem kun je de ijle pluimen vinden van Schaduwgras (SL0956) uit de Grassenfamilie. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Grasachtigen.
Reis mee door onze flora. In loofbossen en struweelranden kunnen we Wegedoorn (SL1064) uit de Wegendoornfamilie aantreffen. De takken eindigen meestal in doorns. De bloemen zijn geelgroen.
Reis mee door onze flora. Canadese fijnstraal (SL0475) uit de Composietenfamilie. De soort gedijt het beste in cultuurlandschappen, waar ze zich vaak als een der eersten vestigt op verlaten braakliggende, zanderige bodems.
Reis mee door onze flora. Welriekende ganzenvoet (SL2477) uit de Amarantenfamilie kunnen we op rivierstranden langs de grote rivieren tegenkomen, maar is daar nog steeds vrij zeldzaam. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Anjerachtigen.
Reis mee door onze flora. Reigersbek uit de Ooievaarsbekfamilie is een tamelijk klein blijvend plantje dat we in grasvelden, akkers en duinen kunnen aantreffen. Het is een eenjarige of tweejarige plant. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Geranium- en Vioolachtigen.
Reis mee door onze plantenfamilies. Biezenknoppen (SL0679) uit de Russenfamilie groeit bij voorkeur op wat zure en nattere standplaatsen. De plant groeit in dichte pollen en de wortelstandige, op schedes lijkende bladeren zijn lichtbruin. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Grasachtigen.
Reis mee door onze flora. In natte graslanden, vochtige duinvalleien, in de vegetatiegordel om de rand van vennen staat Egelboterbloem (SL1048) uit de Ranonkelfamilie met kleine alleenstaande bloemen en ongedeelde bladeren. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Ranonkelachtigen.
Door de enorm grote bladeren valt Groot hoefblad, Petasites hybridus, al direct op op de plaatsen waar de soort staat. Wel verschijnen altijd de knotsvormige bloeiwijzen, voordat het blad te voorschijn komt.
Reis mee door onze flora. Een van de gemakkelijk te herkennen grassen is Kweek (SL0446). Het is een zomerbloeier met een opvallende blauwgrijze kleur en een heel stijve aar. De bloeiwijze is tamelijk gedrongen en de pluim is behoorlijk dicht. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Grasachtigen.