Korrelganzenvoet - Lipandra polysperma

Korrelganzenvoet, Lypandra polysperma, vind je op ruderale terreinen, vooral op open gevallen of vrijgemaakt zanderige bodems met behoorlijk wat voedselrijkdom en vocht. Binnen de Ganzenvoeten onderscheidt de plant zich doordat een aantal bladeren in paren tegen over elkaar staat en de eivormige bladeren een gave en scherpe rode rand hebben, een goed onderscheid met de meeste Ganzenvoeten.

Klik op een foto voor kenmerk met uitleg:
Verspreidingskaart
Ecologische parameters

Korrelganzenvoet, Lipandra polysperma (L.) S. Fuentes, Uotila & Borsch, uit de Amarantenfamilie of Amaranthaceae, is een plantensoort, die je als pionier aantreft op open, zanderige bodems die vaak voedselrijk zijn, zoals op akkers, in bermen en moestuinen en op drooggevallen uiterwaarden. Ook tussen de stenen van bijvoorbeeld kribben tref je de soort aan.

De éénjarige, onbehaarde planten zijn liggend tot rechtopstaand en kunnen daardoor laag bij de grond blijven tot middelhoog worden en dan bereiken ze een hoogte tot zo'n 75 cm. In de zandige bodem breidt het wortelstelsel zich uit en als je een plant uit de bodem trekt, blijft er dan ook heel wat zand aan het wortelsysteem hangen.

De bladeren zijn van boven lichtgroen tot groen van kleur en hebben geen melig uiterlijk, zoals we dat kennen van Melganzenvoet. Wel is bij Korrelganzenvoet opvallend dat een aantal bladeren tegenover elkaar kan staan aan de stengels en dat doen ze vooral onderin de plant. Daarbij zijn de bladeren eivormig, ovaal, elliptische tot langwerpig van vorm, heel uitzonderlijk voor Ganzenvoeten. De bladrand is vrijwel gaaf. Dat is eveneens een opvallend kenmerk. Vaak loopt een scherpe, rode rand langs de gave bladrand. 

De regelmatige, maar kleine bloemen staan in kluwens bij elkaar. De kluwens staan over de hele lengte van de plant in de oksels van bladeren, maar veel lossen gegroepeerd dan we bij de meeste Ganzenvoeten zien. Na de bloei blijven de bloemen open staan en zijn de brede vruchten, die eerst rood en later zwart kleuren, zichtbaar.

MM_220918

Hoofdgroep:
Plantenfamilie:
Plantengeslacht:
Lipandra - Lipandra
Plantvorm:
kruid
Plantgrootte:
0.15 - 0.75 meter
Bloeiperiode:
Bloemkleuren:
groen, rood
Bloeiwijze:
kluwen
Bloemvorm:
regelmatig
Bloemtype:
tweeslachtig
Bloembladen:
5 bloemdek
Meeldraden:
5 meeldraden
Vruchtbeginsel:
bovenstandig
Stijlen:
-
Stempels:
2
Vrucht:
nootje
Zaden:
-
Stengels:
rechtopstaand, glad, liggend
Schors:
-
Bladstanden:
tegenoverstaand, verspreid
Bladvormen:
elliptisch, eirond, langwerpig
Bladrand:
gaaf
Ondergronds deel:
hoofd- en bijwortels
Plantengemeenschappen:

Korrelganzenvoet vind je in heel Europa met uitzondering van de meest noordelijke en westelijke delen. Naar het oosten toe loopt het areaal tot het midden van Azië. Door menselijk toedoen tref je de soort ook aan in Noord-Amerika en Zuid-Afrika. Het is bij uitstek een soort van ruderale plekken, vrijgekomen zandplekken, zoals uiterwaarden bij lage stand van het rivierwater, maar ook omgewerkte grond en wordt als onkruid gezien in tuinen, moestuinen en akkers, maar bijvoorbeeld ook tussen de beschoeiingsstenen van kribben. Op de Waddeneilanden is de soort zeldzaam.

De plantensoort 'Korrelganzenvoet' komt voor in de volgende plantenassociaties:

Ten opzichte van andere Ganzenvoeten kan de openstaande bloem na de bloei wel als bijzonder worden gezien, immers, de bloem blijft dan openstaan en je kunt de vrucht met de bloemdekbladen eromheen zien. Ook de bladvorm is behoorlijk afwijkend van andere Ganzenvoeten.

Meer informatie over de ecologie van Korrelganzenvoet en de relaties met andere organismen en het milieu is te vinden in Weeda, E.J. et al., (1985) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 1: 160.

Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 303. Of met de nieuwste druk van deze flora: Duistermaat, H(Leni). (2020) Heukels' Flora van Nederland, 24ste druk: 511.

Een andere determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 417; in deze flora wordt de oude wetenschappelijke naam Chenopodium polyspermum gehanteerd.

Uitspraak (accenten) van de wetenschappelijke naam: Lipándra polyspérma