De laatste weken van de aspergetijd zijn ingegaan. Vanaf de tweede donderdag van april tot Sint Jan (24 juni) worden er, vooral in het noorden van Limburg, Asperges (Asparagus officinalis) gestoken. Na Sint Jan, oftewel de zonnewende, krijgen de planten de tijd om door te groeien en een energievoorraad aan te leggen.

Zo kunnen ze tot wel tien jaar achtereen de eetbare scheuten produceren. Die witte scheuten, dat is waar de meeste mensen aan zullen denken als ze het over asperges hebben. Deze uitlopers worden doorgaans uit het licht gehouden door onder de grond te groeien (vandaar de bulten zand waaronder ze verbouwd worden). Zodra ze boven de grond uitkomen zullen ze gaan fotosynthetiseren en worden ze groen. Uit elke aspergescheut kan een  grote ijle kerstboomvormige plant groeien die gemakkelijk anderhalve meter of hoger wordt. De witte onopvallende bloemen (foto) groeien uiteindelijk uit tot rode besjes. De soortnaam van de soort uit de aspergefamilie, 'officinalis', zegt het al: de asperge werd wederom tegen allerlei kwalen gebruikt. De plant is met name goed voor de nieren. Maar tegenwoordig wordt de plant vooral tegen de lekkere trek gebruikt. Nog eventjes dan.

Tekst en foto door Nils van Rooijen, 16 juni 2018, © Flora van Nederland