Stofzaad - Monotropa hypopitys

De door zijn witachtige kleur opvallende Stofzaad is een plant die in samenhang leeft met een zwam. Ondergronds heeft de soort dan ook een op een vogelnestje lijkend rhizoom waarin de wortels met de draden van een zwam in nauw contact staan. deze zwam staat op zijn beurt ook in contact met de wortels van bomen als Beuken, Dennen of Kruipwilg. Via die zwamvlok komt Stofzaad aan mineralen als stikstof en fosfaat, water en aan koolhydraten uit de boom. Aan de witachtige stengel komen alleen op schubben lijkende 'bladeren' voor en bovenaan bevindt zich een tros bloemen die eerst naar beneden is gebogen en zich langzaam opricht totdat hij in het vruchtstadium recht omhoog staat.

Klik op een foto voor kenmerk met uitleg:
Verspreidingskaart
Ecologische parameters

Een opmerkelijke, meerjarige kruidachtige plant, die geen chlorophyl of bladgroen, bevat en derhalve volkomen afhankelijk is van de planten waarop hij parasiteert, is Stofzaad, Monotropa hypopitys L. uit de Heifamilie of Ericaceae.

Ondergronds hebben de vlezige wortels van Stofzaad nauw contact met de draden van een zwam, een ectomycorriza. Zonder deze zwam kan Stofzaad niet bestaan. Uit dit ondergronds rhizoom, dat in de loop der jaren een behoorlijke omvang kan krijgen en iets wegheeft van een vogelnest, komen één of meer witte of geelwitte stengels tevoorschijn die tot ruim 25 cm hoog kunnen worden. De stengels zijn bezet met schubben en het geheel van stengel en schubben is bladgroen vrij. Aan de top ontwikkelt zich een trosvormige bloeiwijze met een aantal ook witachtige bloemen erin. De bloemen zijn viertallig met uitzondering van de topbloem die vijftallig is. De bloeiwijze knikt aanvankelijk naar beneden, maar richt zich later op.

De vier (of vijf) eveneens witachtige kelk- en kroonbladen omsluiten een bovenstandig vruchtbeginsel en acht (of tien) meeldraden. Op de stijl staat een breed knopvormig stempel dat de opening van de bloemkroon behoorlijk dicht afsluit. Een hommel die op bezoek komt om nectar onderuit de bloem te verzamelen stoot tegen die knopvormige stempel en zet dan stuifmeel of pollen af dat meegebracht is van een andere bloeiende stofzaadbloem. Door de kleverige stof die het stempel afscheidt kan er vervolgens stuifmeel blijven plakken aan de hommel, die dat mee neemt naar een volgend bloembezoek. Zo komt er kruisbestuiving tot stand. Na de bloei verkleurt de stengel met de verder doorrijpende doosvruchten naar zwart. Soms zie je dan ook naast witachtige stengels die oudere al zwarte stengels staan die eerder dat seizoen zijn tevoorschijn gekomen.

MM_231201

Hoofdgroep:
Plantenfamilie:
Plantengeslacht:
Monotropa - Monotropa
Plantvorm:
kruid
Plantgrootte:
0.10 - 0.25 meter
Bloeiperiode:
Bloemkleuren:
geelwit, wit
Bloeiwijze:
tros
Bloemvormen:
viertallig, regelmatig
Bloemtype:
tweeslachtig
Bloembladen:
4 kelkbladen, 4 kroonbladen
Meeldraden:
8 meeldraden
Vruchtbeginsel:
bovenstandig
Stijlen:
1
Stempels:
1
Vrucht:
doosvrucht
Zaden:
-
Stengels:
rechtopstaand, met schubben
Schors:
-
Bladstand:
verspreid
Bladvorm:
schubvormig
Bladrand:
gaaf
Ondergronds deel:
rhizoom/ wortelstok
Plantengemeenschappen:

Stofzaad heeft een verspreiding in de gematigde zone van het noordelijk halfrond. In onze contreien bereikt het areaal zijn westgrens. De duinen zijn het meest westelijk deel van noordwest Europa waar Stofzaad is aan te treffen en wel in de dennenbossen op de vochtige delen. Ook op de Veluwe en in de halfschaduw van beuken- en dennenbossen op de hogere zandige en lemige en ook wel kalkrijke bodems kun je Stofzaad aantreffen.

De plantensoort 'Stofzaad' komt voor in de volgende plantenassociaties:

Parasiet of Commensaal?

De parasitaire levenswijze van Stofzaad is vrij ingewikkeld. De vlezige wortels van Stofzaad vormen zijn omgeven door de draden van een zwam die ook in contact staat met de wortels van bomen als Beuk, Den of Kruipwilg. Via deze zwamdraden, die je als ectomycorriza kunt beschouwen, treedt er uitwisseling op tussen de wortels van de boom en het stofzaad. De zwam neemt uit de bodem stikstof, fosfaat en water op en geeft die door aan Stofzaad. Koolhydraten neemt de zwam op van de boom en geeft die voor een deel door aan Stofzaad. Stofzaad op zijn beurt scheidt stoffen uit die bevorderen dat de zwamdraden in hun groei worden bevorderd en goed water kunnen opnemen. Via deze samenleving van een boom met een zwam kan Stofzaad een redelijk bestaan leiden als volledig parasitair organisme, of moeten we hem een commensaal noemen, omdat hij toch bijdraagt aan de goede ontwikkeling van de zwam?

Beschermde soort

Stofzaad is vanaf 2017 beschermd door de wet natuurbescherming.

Voor meer uitgebreide informatie over de relaties met andere organismen, het milieu en de ecologie van Stofzaad verwijzen wij naar Weeda, E.J. et al., (1988) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 3: 28-29.

Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 463. Of met de nieuwste druk van deze flora: Duistermaat, H(Leni). (2020) Heukels' Flora van Nederland, 24ste druk: 562.

Een andere gemakkelijke determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 796. In deze flora wordt Stofzaad nog gerekend tot de Wintergroenfamilie.

Uitspraak (accenten) van de wetenschappelijke naam: Monótropa hypópitys