Anna Paulownaboom - Paulownia tomentosa

Anna Paulownaboom, Paulownia tomentosa valt in mei op als de boom in bloei staat met grote paarse tweelippige bloemen. Meestal vormt de kroon dan een uitbundig blauwe koepel, waarin veel trossen met veel bloemen staan. Aan het eind van de bloeitijd botten de bladknoppen uit en komen de grote hartvormige bladeren tevoorschijn. In de herfst en winter herken je de boom aan zijn grijze nogal gladde stam en de in de trossen aanwezige grote bruinkleurige vruchten.

Klik op een foto voor kenmerk met uitleg:
Verspreidingskaart
Ecologische parameters

De naar de echtgenote van koning Willem II genoemde Anna Paulownaboom, Paulownia tomentosa (Thunb.) Steud., uit de Paulowniafamilie of Paulowniaceae, is een tot ruim 15 meter hoog wordende boom, die vooral veel aangeplant te vinden is in parken en steden.

De boom kan zich ook spontaan vestigen uit zaad en dan vind je hem vaak op stoepranden of tegen de huizengevel. Hij valt dan op door zijn grote hartvormige bladeren. De boom ontwikkelt een rechtopstaande stam, die een schors heeft die grijs kleurt en nogal glad is. De stam lijkt daardoor wel wat op een beukenstam. De boom heeft een grote kroon doordat de takken nogal grillig uit de stam ontspruiten. Ze gaan daarbij in allerlei richtingen.

In het voorjaar botten de knoppen uit en dan komen daar de grote trossen uit tevoorschijn die heel veel bloemen hebben. De bloemen zijn groot, hebben een lange buisvormige vergroeide kroon met vijf lobben. Doordat de bovenste lobben naar boven en naar achteren omkrullen en de drie onderste lobben min of meer recht naar voren blijven steken is goed te zien dat de bloem tweelippig is: een boven- en een onderlip. De kleur van de bloemen is paars tot paarsblauw. De kronen zijn aan de buitenkant bezet met zachte haren. Ook de vergroeide, bruine kelkbladen zijn viltig behaard. Als je in de kroon kijkt zie je op de onderlip twee verhogingen die de kroon in wijzen. Deze zijn lichter van kleur, vaak licht geel Het bovenstandig vruchtbeginsel heeft een lange stijl met stempel. Deze steekt niet uit de bloemkroon. Er zijn verder vier meeldraden waarvan er twee langer zijn en twee korter.

Het bovenstandig vruchtbeginsel groeit na bestuiving en bevruchting uit toe een drie tot vier cm grote doosvrucht, die nog lang aan de boom blijft zitten. Daardoor is de boom in het najaar en de winter als het blad gevallen is, nog goed te herkennen.

Nadat de boom in bloei gekomen is, zo tegen het eind van de bloeiperiode, botten pas de bladknoppen uit. De bladeren komen dan tevoorschijn en de jonge bladeren zijn duidelijk zacht behaard. Ze staan tegenover elkaar aan de jonge takken, die nog gevuld zijn als je er op doorsnede naar kijkt. De bladeren hebben een hartvorm en zijn erg groot tot wel 25 cm lang. Ze hebben een gave rand, maar soms buigen de twee randen iets uit waardoor het blad naar drie lobben neigt.

MM_230919 

Hoofdgroep:
Plantenfamilie:
Plantengeslacht:
Paulownia - Paulownia
Plantvorm:
boom
Plantgrootte:
2.50 - 15.00 meter
Bloeiperiode:
Bloemkleuren:
paars, violet, blauw
Bloeiwijze:
tros
Bloemvormen:
tweelippig, trompetvormig, trechtervormig
Bloemtype:
tweeslachtig
Bloembladen:
5 vergroeide kroonbladen, 5 schubben (kelkbladen)
Meeldraden:
4 meeldraden
Vruchtbeginsel:
bovenstandig
Stijlen:
1
Stempels:
1
Vrucht:
doosvrucht
Zaden:
-
Stengels:
rechtopstaand, gevuld
Schors:
bruin, grijs, grijs
Bladstand:
tegenoverstaand
Bladvorm:
hartvormig
Bladrand:
gaaf
Ondergronds deel:
hartwortelstelsel
Plantengemeenschap:
-

Anna Paulownaboom komt oorspronkelijk uit Japan en China en is hier in de negentiende eeuw door Von Siebold geïntroduceerd. Dat was ten tijde van het koningschap van Willem II die getrouwd was met de Russische Anna Paulowna. Daar is de boom naar genoemd. Als exoot is de boom ook invasief en kan inheemse soorten verdringen; hij staat op de lijst van de Global Invasive Species Database (GISD). Het is inmiddels een spontaan opkomende plantensoort in een aantal binnensteden (Denters, T., 2020).

De plantensoort 'Anna Paulownaboom' komt voor in de volgende plantenassociaties:

De boom was een favoriet van Koningin Anna Paulowna vanwege de grote hartvormige bladeren en de trompetvormige paarse bloemen. De boom heeft hierom ook wel andere namen gekregen in Nederland en wel Prinsessenboom of Keizersboom (Denters, T. (2020), 392).

Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 517. Of met de nieuwste druk van deze flora: Duistermaat, H(Leni). (2020) Heukels' Flora van Nederland, 24ste druk: 642.

Een andere gemakkelijke determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 883. In deze flora wordt Anna Paulownaboom nog ingedeeld bij de Helmkruidfamilie.

Denters, T.  (2020) Stadsflora van de Lage Landen, Fontaine Uitgevers: 327. Onder andere in Amsterdam, Brugge, Leuven en Maastricht is spontane opslag te vinden van de Anna Paulownaboom.

Uitspraak (accenten) van de wetenschappelijke naam: Paulównia tomentósa