Video Determinatie

Scherpe zegge - Carex acuta

Langs plassen, rivieroevers, verlaten rivierarmen, beken, kleiputten en natte duinvaleien zijn vaak ruige begroeiingen zichtbaar van een groot gewas uit de familie van de Cypergrassen, de Scherpe zegge, Carex acuta. Vooral bij wat winderig weer, zie je de wuivende vegetatie die als de onderkanten van de bladeren naar boven geblazen worden, blauwgroen van kleur is en bij terugwiegen een heldergroene kleur heeft als gevolg van de kleur van de bovenkant van de lange lijnvormige tot een cm brede bladeren. Als je dan de planten aanvoelt zijn deze heel scherp; je kunt je door hun scherpe stengelkanten en bladeren gemakkelijk verwonden.

Klik op een foto voor kenmerk met uitleg:
Verspreidingskaart
Ecologische parameters

Scherpe zegge, Carex acuta L., is een hoge plant met lage, kruipende en vertakte wortelstokken. Uit die wortelstokken komen niet bloeiende scheuten en bloeiende stengels te voorschijn. De stengels zijn scherp driekantig en zo'n 3 mm dik. De randen zijn ruw en als je erover wrijft kun je je vingers snel openhalen.

De stengels kunnen tot 1,5 m hoog worden. Het bovenste kwart bestaat uit de bloeiwijze. 

Aan de stengel staan de lange lijnvormige bladeren in drie rijen gerangschikt. Ze kunnen tot een cm breed zijn. De bladrand is ogenschijnlijk gaaf, maar, als je met een loep kijkt en je voelt dat zeker als je er met je vingers langs strijkt, zie je dat de rand uit hele fijne tandjes bestaat waarin silicium zit waardoor de rand heel ruw en scherp is.
Het schutblad van de bloeiwijze is wat langer dan de totale lengte van de bloeiwijze. De aren in de bloeiwijze zijn 4 tot 8 mm breed en vaak tot een decimeter lang. Ze zijn gesteeld en kunnen daardoor overhangen.

De bovenste aren zijn de mannelijk bloeiende aren. Meestal zijn er 2-4. De eenvoudige bloemen hebben alleen een schutblad en meeldraden. De vrouwelijk bloeiende aren, meestal 2-5, staan onder de mannelijke aren. Ze zijn groter dan 2 cm. In de aren met vrouwelijke bloemen zie je dat de eenvoudige bloemetjes twee stempels hebben. De nootjes die in het urntje ontstaan zijn dan ook min of meer plat of lensvormig. De afgeplatte urntjes zijn 2-3 mm lang; ze zijn geelgroen of bruinachtig van kleur.

Scherpe zegge is een gemakkelijk te herkennen soort uit het grote Zeggegeslacht met zijn tientallen soorten. Ze is algemeen langs waterkanten van rivieren en plassen, op plaatsen die in de winter een paar maanden onder water staan en waar in de rest van het jaar het grondwater maar een paar decimeter onder het maaiveld staat, in natte graslanden in zeggemoerassen en natte loofbossen. Op de Waddeneilanden, in zeekleigebieden, in hooggelegen zandstreken en in Zuid-Limburg is de soort tamelijk zeldzaam.

MM_111127 bijgewerkt 180812

Hoofdgroep:
Plantenfamilie:
Plantengeslacht:
Zegge - Carex
Plantvorm:
gras
Plantgrootte:
0.50 - 1.50 meter
Bloeiperiode:
Bloemkleur:
bruin
Bloeiwijze:
aar
Bloemvorm:
urnvormig
Bloemtype:
eenslachtig
Bloembladen:
-
Meeldraden:
3 meeldraden
Vruchtbeginsel:
bovenstandig
Stijlen:
2
Stempels:
2
Vrucht:
nootje
Zaden:
-
Stengels:
rechtopstaand, driekantig
Schors:
-
Bladstand:
verspreid
Bladvorm:
lijnvormig
Bladranden:
gaaf, scherp
Ondergronds deel:
vertakte wortelstokken
Plantengemeenschappen:

Het verspreidingsgebied of areaal van Scherpe zegge is tamelijk grrot en bevindt zich op het noordelijk halfrond in Europa, West- en Noord-Azië en het Atlasgebied. UItgezonderd zijn de meest noordwestelijke en meest zuidelijke delen van Europa. In onze contreien is ze algemeen langs rivieren, plassen, moerassen en natte loofbossen. In Schaminée, J. et al. (2010) Veldgids Plantengemeenschappen van Nederland, wordt een plantengemeenschap beschreven waarvan Scherpe zegge een kensoort is:

08Bc2: Associatie van Scherpe zegge

De plantensoort 'Scherpe zegge' komt voor in de volgende plantenassociaties:

Vanwege de uitgebreide diep doordringende wortelstokken waarmee Scherpe zegge zich stevig verankert wordt de soort wel aangeplant als oeverbeschoeiing langs plassen en kanalen. Er dient dan niet gemaaid te worden, want daardoor gaat de vitaliteit van de soort achteruit. Een eerste teken is dat ze dan niet meer tot bloei komt.

In Weeda, E.J. et al., (2003) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 5: 311 is aanvullende en uitgebreide informatie te vinden over de ecologie en de relaties met andere organismen en het milieu.

Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 164. Of met de nieuwe 24ste druk van deze flora: Duistermaat, L. (2020) Heukels' Flora van Nederland: 176.

Een andere determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) : Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 246.

Uitspraak van de wetenschappelijke naam: Cárex acúta