Video Determinatie

Watergentiaan - Nymphoides peltata

Langs de kanten van oude rivierarmen, plassen en grotere wateren met een geleidelijk ondieper wordende oeverkant die soms ook nog droog kan vallen, zie je in de volle zomer vaak een brede rand van kleinere drijfbladeren met daartussen vele goudgeel gekleurde bloemen, die franjes op de kroonbladen hebben. Je hebt dan te doen met de Watergentiaan, Nymphoides peltata. Vanwege zijn fraaie bloemen wordt deze waterplant ook graag in vijvers geplant, waar ze een kleurrijke toon geven.

Klik op een foto voor kenmerk met uitleg:
Verspreidingskaart
Ecologische parameters

Watergentiaan, Nymphoides peltata (S.G.Gmel.) Kuntze, is een soort uit de Watergentiaanfamilie (of Menyanthaceae), die in de zomer de waterkanten van plassen, rivierarmen en dergelijke mooi kleurt met zijn goudgele bloemen en drijvende cirkelronde bladeren van zo'n 10 cm in doorsnee. Ook in vijvers wordt de soort graag aangeplant.

De cirkelvormige drijfbladeren hebben een hartvormige voet en zitten met lange stelen aan de stengels. Ze hebben een wat vlezig aanzien. De stengels kruipen wortelstok-achtig onder het bodemoppervlak in het tot maximaal 1 a 1,5 m diep water, maar ook wel onder het oppervlak van de natte droogvallende waterkant. Op de knopen van de stengels zitten de wortels en de zeer lange bladstelen.

De bloeiwijze bestaat uit schermvormige bundels die in de oksels van de bladeren staan ingeplant.

De kelkslippen zijn langwerpig tot lancetvormig. maar vooral de goudgele bloemkronen met hun donkerder middenstreep vallen het meest op. Bovendien zie je aan de rand van de kronen nog heel veel wimpers. Doordat in de bundels veel bloemen zitten, valt het nauwelijks op dat elke bloem maar één dag bloeiend boven water uitsteekt. Na die ene dag verwelkt ze weer en wordt door de steel onder water getrokken, maar inmiddels komt er dan weer een nieuwe bloem boven waarvan de kelk zich de eerst dag ontvouwt en de dag erna de kroon. De bloemen bevatten nectar en worden bezocht door hommels en bijen.

Het halfonderstandig vruchtbeginsel is met de bloembodem vergroeid en groeit na bevruchting uit tot een flesvormige doosvrucht waaruit na verscheuren of verrotten van de wand grote platte waterafstotende zaden komen die een hele tijd op het water kunnen blijven drijven.

Watergentiaan is de meest noordelijke voorkomende soort van het geslacht en Nederland vormt als het ware een bolwerk in het noordwestelijk deel van zijn areaal. Het voorkomen in ons land straalt uit langs de rivieren tot in Noord-Holland, Overijssel en Friesland.

MM_120117

Laatste wijziging 130730

Hoofdgroep:
Plantenfamilie:
Plantengeslacht:
Nymphoides - Nymphoides
Plantvorm:
waterplant
Plantgrootte:
0.90 - 1.50 meter
Bloeiperiode:
Bloemkleur:
geel
Bloeiwijzen:
schermvormige tros, tuil
Bloemvormen:
vijftallig, regelmatig
Bloemtype:
tweeslachtig
Bloembladen:
5 kelkslippen, 5 vergroeide kroonbladen
Meeldraden:
5 vergroeid met de kroonbladen
Vruchtbeginsel:
halfonderstandig
Stijlen:
1
Stempels:
1
Vrucht:
doosvrucht
Zaden:
-
Stengels:
wortelstok, kruipend
Schors:
-
Bladstand:
verspreid
Bladvormen:
rond, hartvormig
Bladrand:
gaaf
Ondergronds deel:
internodiën wortels
Plantengemeenschappen:

Watergentiaan komt in Nederland vrij algemeen voor langs soms droogvallende oevers tot 1,5 m diep in de rivierkleigebieden en in een aantal laagveengebieden. Het water moet neutraal tot basisch, carbonaatrijk, niet al te modderig en stilstaand tot zeer zwak stromend zijn. Op de Waddeneilanden en in Zeeland is zij afwezig. In België is de Watergentiaan in het kustgebied en Vlaanderen te vinden, maar ze is er zeldzaam en verder zeer zeldzaam in de Kempen en het stroomgebied van de Maas. De in brede randen langs oevers voorkomende Watergentiaan hoort tot de naar de plant genoemde 5Ba4 Watergentiaan-associatie. Een beschrijving van deze associatie is te vinden in Schaminee, J. et al. (2010), Veldgids Nederlandse plantengemeenschappen.

De plantensoort 'Watergentiaan' komt voor in de volgende plantenassociaties:

Hoewel je het nauwelijks zult merken heeft de Watergentiaan als bijzonderheid dat een bloem slechts een dag bloeit. Maar uit de tuil komt dan weer een volgende bloem die gaat bloeien terwijl de uitgebloeide bloem onder water wordt getrokken. Een andere bijzonderheid is toch wel de fraaie franjes die je op de kroonbladen vindt.

In de Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties (1988) deel 3: 100 van Weeda, E.J. et al. is veel meer informatie te vinden over de ecologie en de relaties van Watergentiaan.

Voor een wetenschappelijke gefundeerde determinatie kan verwezen worden naar Meijden, R. vander (2005) Heukels' flora van Nederland, 23ste druk: 586. Of met de nieuwe 24ste druk van deze flora: Duistermaat, L. (2020) Heukels' Flora van Nederland: 736.

Een andere determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 954.

Uitspraak van de wetenschappelijke naam: Nymphoídes peltáta