Video Determinatie

Borstelkrans - Clinopodium vulgare

In de zomen langs struweel en bosranden, op warmere zonnige hellingen kun je Borstelkrans, Clinopodium vulgare, vinden, die opvalt door de rechtopstaande stengel met daarop de vaak bolvormige sterk behaarde bloeiwijzen. Deze lijken door de beharing nogal op een borstel. Uit de schijnkransen steken enkele rijpe lipbloemen die dan met hun roze tot donkerroze kleur de aandacht trekken. Het is een tamelijk zeldzame soort die op de rode lijst staat. Alleen in Zuid-Limburg vind je de soort wat meer.

Klik op een foto voor kenmerk met uitleg:
Verspreidingskaart
Ecologische parameters

Een middelhoge rechtopstaande en sterk behaarde plant met vierkante stengels en roze lipbloemen is Borstelkrans, Clinopodium vulgare L, uit de Lipbloemenfamilie of Lamiaceae.

Aan de vierkante stengels staan de eironde tot langwerpige bladeren kruisgewijs tegenover elkaar. De bladeren zijn breder dan 1 cm, dun en vlak en de bladrand is iets gekarteld tot gezaagd. Stengels en bladeren zijn opvallend behaard.

De bloeiwijzen, boven aan de stengels, bestaan uit rijkbloemige schijnkransen. De bloemen worden omgeven door veel priemvormige en lang behaarde schutblaadjes die even lang zijn als de kelken en erg op de kelktanden lijken. De kelk heeft een gebogen buis en van de vijf kelktanden zijn de onderste twee zeer smal, terwijl de bovenste drie driehoekig zijn. Ook de kelken zijn sterk behaard, waardoor de hoofdjesachtige tot bolronde schijnkransen erg pluizig zijn en daardoor op een borstel lijken. De bloemkronen hebben een roze tot paarse kleur. Soms zijn ze wit. De onderlip heeft twee tamelijk grote zijslippen. De meeldraden zijn korter of even lang als de bovenlip en in ieder geval langer dan de kroonbuis, maar ze steken niet onder de bovenlip uit, zolang ze nog niet rijp zijn. Dat doen ze pas als de helmhokken openen om het pollen vrij te laten. De bloemkronen zijn in knop geheel verborgen tussen de schutblaadjes en zijn pas te zien als ze uitgroeien tijdens de rijping. Ze steken dan buiten de 'borstel' uit.

De bovenstandige vruchtbeginsels groeien na bevruchting uit tot vierdelige splitvruchten.

Borstelkrans kunnen we met recht een echte zoomplant noemen. Je vindt de soort op warmere plekken op de overgang van grasland naar struweel op kalkrijke bodems. De zeldzame soort komt nog het meest voor in Zuid-Limburg en de aangrenzende gebieden in België. Verder in de kalkrijke duinen en op kapvlakten in de rijkere bossen. Ook in het rivierengebied is de soort hier en daar te vinden.

De plant is een meerjarige soort, waarvan de bloeistengels rechtop staan.

MM_1230226

Hoofdgroep:
Plantenfamilie:
Plantengeslacht:
Steentijm - Clinopodium
Plantvorm:
kruid
Plantgrootte:
0.30 - 0.60 meter
Bloeiperiode:
Bloemkleuren:
roze, wit
Bloeiwijze:
schijnkrans
Bloemvormen:
tweezijdig symmetrisch, tweelippig
Bloemtype:
tweeslachtig
Bloembladen:
5 kelktanden, 5 vergroeide kroonbladen
Meeldraden:
4 meeldraden
Vruchtbeginsel:
bovenstandig
Stijlen:
1
Stempels:
2
Vrucht:
splitvrucht
Zaden:
-
Stengels:
rechtopstaand, vierkantig, gevuld
Schors:
-
Bladstanden:
tegenoverstaand, kruisgewijs
Bladvormen:
eirond, driehoekig
Bladranden:
gelobd, gezaagd, gekarteld
Ondergronds deel:
hoofd- en bijwortels
Plantengemeenschappen:

Het areaal van Borstelkrans omvat de gematigde gebieden van het gehele noordelijk halfrond.

Schaminée, J. et al. (2010) Veldgids Plantengemeenschappen van Nederland beschrijft Borstelkrans als een kensoort van de

17 Marjolein-klasse

17Aa1 Ass. van Dauwbraam en Marjolein

17Aa2 Ass. van parelzaad en Salomonszegel

37Ac4 Associatie van Rozen en Liguster

De plantensoort 'Borstelkrans' komt voor in de volgende plantenassociaties:

Het is een echte warmteminnende soort wat Borstelkrans gemeenschappelijk heeft met vrijwel alle zoomplanten.

Voor meer uitgebreide informatie over de relaties met andere organismen, het milieu en de ecologie van Borstelkrans verwijzen wij naar Weeda, E.J. et al., (1988) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 3: 171.

Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 509. Of met de nieuwe 24ste druk van deze flora: Duistermaat, L. (2020) Heukels' Flora van Nederland: 618-619.

Een andere determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 918.

Uitspraak van de wetenschappelijke naam: Clinopódium vulgáre