Reis mee door onze flora. Moerasdroogbloem (SL0589) uit de Composietenfamilie. De krans of stervormige bloeiwijze van Moerasdroogbloem heeft in de verte wel wat van de Edelweiss.
Een reis door onze plantenfamilies. Douglasspar (SL2259) uit de Dennenfamilie is het gemakkelijkst te herkennen aan de geur van de naalden. Als je die tussen een tweetal vingers fijnwrijft ruik je een frisse sinaasappelgeur. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Naaldbomen.
Reis mee door onze flora. Door de typische opbouw van Kroontjeskruid (SL0495) uit de Wolfsmelkfamilie, is deze kruidachtige plant, die je in het voorjaar gemakkelijk kunt vinden op akkerranden, niet over het hoofd te zien. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Geranium- en Vioolachtigen.
Reis mee door onze flora. Schietwilg uit de Wilgenfamilie is een tot 20 meter hoge boom die een vrij smalle kroon heeft. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Geranium- en Vioolachtigen.
Reis mee door onze flora. Krulzuring (SL1098) is een eenhuizige plantensoort uit de Duizendknoopfamilie. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Anjerachtigen.
Reis mee door onze flora. Een vanaf het begin van de lente tot in de volle zomer bloeiende soort met witte bloempjes is Bosveldkers (SL0202) uit de Kruisbloemenfamilie.
Reis mee door onze flora. Helm (SL0050) uit de Grassenfamilie is een hoge grassoort, die wijd verspreid voorkomt langs de kusten van West-Europa. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Grasachtigen.
Reis mee door onze flora. Klimopereprijs (SL1352) uit de Weegbreefamilie. Deze soort is in bossen en akkers te vinden en valt op door zijn ontzettend kleine licht lila kleurige bloemetjes en door de vorm van de bladeren die erg lijkt op het gelobde blad van Klimop.
Witte els is een elzensoort die normaal bij ons niet voorkomt. Maar vooral in bewoonde gebied, als laanboom of in parken, kunnen we de soort aantreffen. Witte Els bloeit vaak al iets eerder dan de Zwarte els. Soms zelfs al in de laatste week van december.
In de nazomer en het najaar zie je aan de boom of struik de vele tuilen van oranje tot rode bessen die door spreeuwen en lijsters worden gegeten. Zo wordt de soort verspreid.